Nieuwe werelden ontdekken

Afgelopen week nam ik deel aan de stafdag Adelante, een hele dag intensief vergaderen met een groot deel van alle medisch specialisten Adelante. Als klinisch fysicus – audioloog, sinds enkele jaren met een AGB-code, lid van LAD (Landelijke vereniging voor Artsen in Dienstverband), daarmee een gelijkgesteld beroep aan de medisch specialist in de zorg en daarmee ook lid van de medische staf Adelante.

Hoe mooi ook, omdat ik van mening ben dat er een nieuwe generatie zorgverleners, maar ook zorgstructuur aan het opkomen is, waarbij wij als klinisch fysici een meerwaarde kunnen geven in die complexiteit van de hedendaagse zorg.

Een revolutie in de zorg is gaande. Sowieso al jaren een trend, het holistisch denken. Niet meer enkel inzoomen op één aspect, maar de patiënt bekijken als mens, niet als een machine waar iets in stuk is en gerepareerd moet worden, nee, ook kijken naar wat het medisch ingrijpen met de mens achter de patiënt doet.

Vaak ook de softe kant in de zorg genoemd. De psycho-sociale kant. En laat dat nu net een van mijn passies zijn.

“De mens op zich is als een kunstwerk” heb ik ooit gezegd. Elke persoon is een uniek exemplaar. Bloemen, bomen, watermoleculen, een appel, een banaan, heel veel in de natuur heeft precies dezelfde vorm en eigenschap, maar elk mens is een individu, één persoon op zich, niemand is hetzelfde. Zelfs een ééneiige tweeling geeft een verschil in karakter, in het zijn. En dat, dat maakt ons mens.

Een bijzondere eigenschap is ook dat wij kunnen nadenken over wat er om ons heen gebeurt. Wij zijn het enige wezen dat kan analyseren, beredeneren, wiskundige berekeningen kan maken om dat wat we in de natuur zien gebeuren in wiskundige, natuurkundige en scheikundige formules weten om te zetten. Met alle kennis die we nu hebben, kunnen we berekenen dat als ik die muur uit de achtergevel breek, met dat dak en die constructie erboven, precies die balk met dat gewicht en die vorm op die plek moet komen om al dat wat erboven zit te dragen en het huis veilig kunnen bewonen. Ik zit er nu midden in, een grote verbouwing thuis. 🙂

Maar dat laat mij tevens zien hoe ver wij als mens zijn in wat er allemaal al kan. Wat wij al allemaal kunnen, grote bewondering om te zien met welk een gemak die aannemer kijkt naar al dat wat in de bouw nu al mogelijk is. Maar ook om te zien welk een techniek we vandaag de dag hebben om dat alles tot in detail te berekenen en toe te passen en te maken. Maar met die bewondering waarmee ik naar de aannemer kijk, met diezelfde verwondering kijk ik nu in de zorg.

Het computertijdperk heeft namelijk al die kennis en vaardigheden in een stroomversnelling gebracht en we zijn ons daar vaak niet van bewust. Maar dat bewustwordingsproces begint er langzaam meer en meer te komen. We gaan van het meten is weten, naar wat doen we dan precies? De achterliggende gedachte van wat wil dit alles nu zeggen? Wat kan ik er mee? Het inzicht. Maar dan vanuit vele invalshoeken tegelijk bekeken. Verschillende disciplines die vanuit hun specialisme gaan samenwerken.

En dat is echt iets nieuws. Voorheen was er de dokter die enkel vanuit zijn eigen professie keek en op het moment dat deze dan vanuit zijn vakgebied niet meer verder kon, kwam de dooddoener: “Ik kan niets meer voor u betekenen” of “Sorry, maar daar moet u mee leren leven”.

Wat dat met een mens dan doet is bijna onmenselijk, de gedachte dat niemand jou meer kan helpen is zo pijnlijk, geeft zo een verlies, dat enkel die woorden je nog slechter laten gaan voelen. Terwijl er nog zo veel mogelijk is. Want ons brein is iets fantastisch.

Op dit moment ik hier deze woorden schrijf flits er in een milliseconde door mijn brein een gedachte die mij laat zien hoe geniaal dat brein is. Alleen hoe dan kan ik die gedachte in woorden hier nu op papier krijgen?

Want dat inzicht is dus het nieuwe tijdperk we ingaan. De wereld waarin die complexiteit waarin we leven, mogelijk wordt om te beschrijven, daarmee te weten hoe het werkt, dan te kunnen voorspellen, te reproduceren en als laatste stap het te kunnen toepassen. Zo zijn we al jaren als mens er mee bezig om de wereld om ons heen te beschrijven. Alleen wij als mens doen dat. Boeken worden er geschreven, video’s en documentaires gemaakt, cursussen gegeven, vakgebieden die daardoor ontstaan, dit alles steeds meer en beter.

En tot nog toe was het gericht op vooral specialisatie. Ieder met zijn eigen blik op het probleem. En daar komt de fysica om de hoek kijken, om dat alles vanuit een soort van helicopterview te bekijken, holistisch, vanaf een afstand, dat alles biedt meer mogelijkheden. Net als het kijken naar een schilderij, dan kun je met je neus bijna op het doek details zien of van een afstand het groter geheel welk een compleet nieuw beeld geeft.

Dat specialisme beperkt ons soms te veel in ons kunnen. Het geeft grenzen aan waardoor die specialist dan moet zeggen “Dit is wat ik kan, meer kan ik niet”, maar kijkend over grenzen heen, kan wel die andere collega nog iets betekenen. Een doorverwijzing doet dan wonderen. En dit is iets waar de medisch specialist zich nu steeds meer bewust van wordt. Van ketenzorg naar netwerkzorg. Ketenzorg waarin nog steeds die eilandjes los van elkaar samen werken. Zonder kennis van wat wie nu precies doet. En datgene we niet weten, daar kunnen we ook geen gebruik van maken. Maar die lacune in denken, die worden we ons nu op vele vlakken steeds meer bewust, zodat we die gaten in het systeem kunnen gaan opvullen. Net als een computernetwerk we zorgpakketten aan elkaar gaan koppelen. Steeds beter van elkaar weten wat ieders specialisme doet.

Dat inzicht had ik in een pitch van drie minuten gegoten. Want als klinisch fysicus – audioloog gespecialiseerd in de psychoakoestiek, met mijn passie voor het complexe van dat brein en dat holistisch denken om alles vanuit een groter perspectief te zien, heeft mij dit alles de mogelijkheid gegeven iets nieuws te ontdekken. De kracht die in ons zit op moment we echt samen gaan werken. Elkaar weten te vinden en er dan samen iets moois van kunnen maken.

Niet voor niets werd ik van de 26 pitches tweede met mijn pitch, een van de collega had dit nieuwe inzicht namelijk al een naam gegeven “positieve gezondheid” en daarmee had ze de eerste prijs terecht verdiend. Een project dat nu binnen Adelante schijnbaar al lopende is. Waarbij over grenzen heen gekeken wordt, in elkaars keuken, synergie, weten van elkaar wat iedereen kan. Van patiënt tot specialist. De moderne specialist en de unieke mens als patiënt.

Vanuit de Federatie Medisch Specialisten ligt er al een plan voor 2025. Rekening houdend met al deze nieuwe inzichten, waarin we als mens steeds meer controle krijgen over dat wat er met ons gebeurt.

Het is zo mooi om dat alles te zien gebeuren. Precies als met een kunstwerk dat langzaam ontstaat en steeds meer vorm krijgt, ook zo zie ik dit nu groeien, een structuur zie ik ontstaan die verbindingen legt en daarmee iets wat voorheen onmogelijk was, mogelijk maakt. Wonderen worden er verricht. Waar we eerst dachten onze grenzen te hebben bereikt, stappen we over grenzen heen en ontdekken we nieuwe werelden.

Als fysicus denk ik dan de essentie van ons bestaan als mens.

Bedankt!

Via LinkedIn vanmorgen deze aanbeveling hieronder mogen ontvangen. Deze wil ik graag met jullie delen.

Dankbaar en vereerd ben ik bij deze bijzondere woorden. Bedankt Sjoerd voor de uitnodiging en de kans die je mij gegeven hebt om deze info met een groter publiek te mogen delen.

Sjoerd Salet

Klinisch psycholoog – Plaatsvervangend P-opleider – bestuurslid MSB at Zuyderland Medisch Centrum

Op 15 juni 2018 een prachtige Studiedag Tinnitus georganiseerd vanuit de Sectie Somatiek van de VGCt.

Ik ken Dyon persoonlijk en heb vanuit mijn werk als klinisch psycholoog binnen Zuyderland MC ook geregeld professioneel met hem te maken. Ik heb hem gevraagd vanuit zijn kennis en expertise op het gebied van tinnitus en zijn kunstenaarschap een inspirerende bijdrage te leveren ter afsluiting van deze dag. Wat heeft hij dat ongelofelijk mooi waargemaakt, met niets dan lovende reacties over zijn enthousiaste en uiterst boeiende presentatie. Als dagvoorzitter had ik de eer hem te introduceren. De woorden die ik daarvoor heb gebruikt, bleken allen een schot in de roos:

“Ik ben zeer verheugd om de spreker te introduceren die een zeer inspirerende lezing in de categorie “Art meets Science” zal geven die als sluitstuk van deze dag mag klinken.

Hij heeft twee grote passies, Tinnitus en Kunst, en zal deze twee op eigenzinnige wijze en vanuit historisch perspectief verbinden.

Heeft u niet altijd al willen weten of Van Gogh ten onrechte als dronkenman werd uitgemaakt en waarom en hoe hij nu eigenlijk echt zijn oor heeft afgesneden? Wat was het gevolg dat Goya werd getergd door complete doofheid en tinnitus? En hoe Beethoven ons heeft willen laten horen hoe tinnitus werkelijk klinkt?

Psychologie en audiologie waren wetenschappen die tegen het einde van de 18e eeuw nog niet eens bestonden. Vandaar dat er in de kunstwerken en muzikale composities eigen interpretaties van de makers zijn terug te vinden, die vanuit de kennis die we nu hebben een ander licht schijnen op tinnitus en gerelateerde klachten. Klachten als onwetendheid, onzekerheid, sociaal isolement, onbegrip vanuit de omgeving en angst voor het onbekende, die een inspiratiebron vormden voor het creëren van meesterwerken.

Hij is ingenieur, klinisch fysicus en audioloog, werkzaam bij Adelante zorggroep en co-auteur van het artikel in The Lancet. Daarnaast is hij een fantastisch professioneel kunstenaar en ook in die hoedanigheid actief op het gebied van de “psychoakoestiek”.

Mag ik een hartelijk applaus voor Dyon Scheijen!”

Niet meer dan terecht kreeg hij vooraf, maar zeker ook na afronding van zijn lezing, een daverend applaus!

Laat Beethoven ons horen wat hij niet meer hoort?

En dan de laatste in de rij Beethoven.

Ludwig van Beethoven – Symp no5 C minor op 67 movt III mm 213-331.

De strijd die hij heeft geleverd en hoe mooi Beethoven zelf oplossingen heeft bedacht voor zijn gehoorverlies is het schrijven van een boek eigenlijk wel waard.

December 1770 geboren in Bonn, overleden op 26 maart 1827, Wenen. Jaartallen worden nu even van belang om op te letten.

Op 6 oktober 1802 schreef Beethoven zijn ‘Heiligenstädter Testament’.

Een testament gericht aan zijn twee broers, Kaspar Karl en Johann, waarin hij zijn wanhoop over zijn toenemende doofheid toen al in detail beschreef. Pas maanden na zijn overlijden wordt dit testament gevonden.

Over de impact die zijn gehoorverlies heeft op het dagelijkse functioneren. Het sociaal isolement waarin hij is terechtgekomen. Mensen niet meer kan verstaan. Hij als dove musicus eigenlijk niet meer wil leven, maar zich verplicht voelt toch in leven te blijven, om zo de wereld van zijn muziekstukken te laten genieten.

Rond 1819 is Beethoven volledig doof.

In de periode naar de doofheid toe gebruikt hij ijzeren draden die Beethoven verbindt met de pianosnaren om zo de muziek te kunnen horen. Beethoven had toen namelijk al een enorm succes en begaf zich als “kunstenaar” in goed gezelschap met “wetenschappers” en dokteren. In die tijd heel normaal dat kunst en wetenschap elkaar steeds vonden. Letterlijk en figuurlijk.

Het gebruik van die stalen draden was op advies van een oorspecialist die toen al ook zijn tijd ver vooruit was en gebruik maakte van de beengeleiding. Vandaag de dag zelfs toegepast in de botverankerde hoortoestellen: BCD. Bone Conducted Device.

Vanuit alle documenten die ik lees heb ik het sterke vermoeden dat het gehoor van Beethoven langzaam achteruit is gegaan door beiderzijds een otosclerose. Verkalking van de gehoorbeentjes, een verstarring van de stapes aan het ovale venster in de cochlea, die uiteindelijk, als er geen operatie plaatsvindt, een binnneoordoofheid tot gevolg heeft.

Het proces van zijn progressief gehoorverlies, het langzaam achteruitgaan van zijn gehoor heeft een enorme invloed op zowel zijn privé, als ook zijn professionele leven.

Met woorden wordt dat duidelijk in zijn Heiligenstadt Testament, echter is dit document van vier pagina’s pas maanden na zijn dood gevonden. Al die jaren heeft Beethoven deze brieven bewaard. Was het voor hem niet mogelijk deze woorden openbaar te delen. Tussen de regels door is dit zeker ook te lezen in zijn testament. “Wilde ik soms nog mij opeens over dit alles heenzetten, o hoe hard werd ik dan nog door de verdubbelde treurige ondervinding van mijn gebrekkig gehoor teruggestoten; en toch was het mij niet mogelijk, tot de mensen te zeggen: ‘Spreekt luider, schreeuw; want ik ben doof.’ Ach! hoe was het mij ook mogelijk, de zwakheid van een zintuig kenbaar te maken, dat bij mij volkomener dan bij anderen behoorde te zijn; een zintuig, dat ik eens in de hoogste volkomenheid bezat, – in een volkomenheid, zo als maar weinigen in mijn vak hetzelve bezitten of bezeten hebben? o! Dat kan ik niet.”

In stilte verwerkte Beethoven de impact van het enorme gehoorverlies, maar nog meer heeft hij dat naar mijn mening getracht om daarom de muziek te gebruiken zijn verhaal te vertellen. De muziek was zijn taal, zijn stem, verhalen kon hij vertellen met de muziek die hij schreef.

Ik wist dat er een muziekstuk was waarin hij een tinnitus laat horen. Bij toeval kom ik uit op:

Symp no5 C minor op 67 movt III mm 213-331. Geschreven ergens tussen 1804 en 1808. De periode waarin het verlies van zijn gehoor steeds ernstiger wordt.

In dit stuk (op ongeveer 19 minuten) hoor ik dat Beethoven het grote publiek wil laten horen wat hij hoort, beter gezegd wat hij niet meer is gaan horen. Als een moderne DJ draait hij aan de knoppen en langzaam schrijft hij bepaalde frequenties weg.

Langzaam sterft het geluid van de muziek helemaal uit, om dan als laatste enkel nog een tinnitus te kunnen waarnemen in de stilte die er eigenlijk is. In de verte nog net zachtjes tonen te horen zijn, heel zacht om dan vervolgens op majestueuze wijze het volume weer terug te brengen. Alle registers trekt Beethoven open, waarin je hem bij wijze van hoort schreeuwen “Dit is wat jullie horen, geniet hiervan, luister naar de details, naar alle tonen die voorbij komen, het complexe van het oorsysteem om al die instrumenten tegelijk en in verschillende toonhoogtes te kunnen waarnemen”.

Zelf heb ik ooit, lang geleden, in een fanfare gespeeld, French Horn. Prachtig instrument. En het mooiste is als je als muzikant dan zo luid mogelijk mag spelen. Zeker op zo’n hoorn. Zo luid dat het geluid even lijkt over te slaan. Precies dat schrijft Beethoven in de partituur. Je hoort het enthousiasme in de muziek. Die hoornpartij gaat met een dubbele forte helemaal uit haar dak.

Kippenvel. Tegelijkertijd raakt het me diep, zeker nu ik de woorden heb gelezen in zijn testament. In ongeveer dezelfde periode heeft Beethoven deze symfonie gecomponeerd. Met eenzelfde emotie, met eenzelfde boodschap, met eenzelfde noodkreet. Muziek was zijn taal, zijn leven.

“Fate is knocking at the door”, zei Beethoven bij de vier tonen die zo typerend zijn voor de vijfde symfonie. Later zijn deze vier tonen, kort-kort-kort-lang, de internationale code geworden voor SOS, safe our souls. “Help me!”. Hoeveel toeval?! Beethoven die schreeuwt om hulp en niet gehoord wordt.

“Many assert that every minor piece must end in the minor. Nego! …Joy follows sorrow, sunshine—rain”, ook dit is een quote van Beethoven gekoppeld aan de vijfde symfonie.

Het opentrekken van dat hele register, nadat hij eerst zijn gehoorverlies met de muziek heeft laten horen, het langzaam sterven van de instrumenten, stuk voor stuk doven ze uit. Om dan vervolgens op een geniale manier in de compositie een gevoel van triomf te laten beleven, overwinning. Zou het dat hij toen al wist dat hoe ook er een dag zou komen, dat ooit iemand zijn emotie, zijn gevoel hierin zou herkennen en wil delen met de wereld?

Net als de andere kunstenaars besproken in hun schilderijen met kleur en compositie de emotie en de impact van het grote gehoorverlies en tinnitus konden laten zien, zo laat Beethoven dat hier horen in zijn muziek.

Psychologie en audiologie waren wetenschappen die tegen het einde van de 18de eeuw überhaupt nog niet bestonden. Vandaar dat er in de kunstwerken en muzikale stukken eigen interpretaties van de makers zijn terug te vinden die vanuit de kennis die we nu hebben een ander licht geven op de tinnitus en gerelateerde gehoorklachten.

Klachten waarbij onwetendheid, onzekerheid, sociaal isolement, onbegrip vanuit de omgeving, angst voor het onbekende, al dit zelfs een inspiratiebron bleek te zijn voor het creëren van meesterwerken.

Edvard Munch noteert in een van zijn dagboeken: “Zonder angst en ziekte zou mijn leven als een boot zijn zonder roer”.

Grootheden die nu nog middels hun meesterwerken tot ons spreken, voor degene die er oog en oor voor heeft.

Horen is meer dan enkel horen.

Ga het stuk van Beethoven luisteren, laat het een keer tot je komen met bovenstaande informatie en hoor wat hij ons te vertellen heeft.

De impact van gehoor op een mens, maar nog meer de liefde voor muziek die met onze oren te horen is.

Literatuur en bronnen:

Arnold WN, The illness of Vincent van Gogh, Journal of the History of the Neurosciences 2004, Vol. 13, No.1, pp22-43

Arenberg IK, Countryman LF, Bernstein LH, Shambaugh GE, Van Gogh had Ménière’s disease and not epilepsy. JAMA. 1990, Vol. 264, pp491–3

Shearer PD, The deafness of Beethoven: an audiologic and medical overview, Am J Otol. 1990 Sep, Vol. 11(5), pp370-4

Stevens MH, Jacobsen T, Crofts AK, Lead and the deafness of Ludwig van Beethoven, Laryngoscope, 2013 Nov, Vol. 123(11), pp2854-8

Van Gogh museum Amsterdam, tentoonstelling Munch : Van Gogh, 25 september 2015 – 17 januari 2016

1889 – Het eerste internationale psychologiecongres vindt plaats in Parijs.

1889 – Het eerste Franse onderzoekscentrum voor psychologie wordt geopend aan de Sorbonne.

Jheronimus Bosch

Francisco de Goya

Vincent van Gogh

Ludwig van Beethoven

Vaststelling van een otosclerose werd aanvankelijk beschreven door Valsalva in 1704 tijdens een autopsie van een dove patiënt. Joseph Toynbee koppelde otosclerose aan gehoorverlies in 1857. In 1890 was Katz eerst in het vinden van otosclerose bewijs microscopische dat fixatie van de stijgbeugel veroorzaakt. In 1893 beschreef Politzer de otosclerose als klinisch organisatie en beschreef zijn pathologische kenmerken in het lijk. De oudste meldingen van verbetering van het gehoor bij patiënten met otosclerose waren anekdotische gevallen van patiënten met hoofdletsel had, met de daaropvolgende verbetering van het gehoor. Kessel beschreven geval in 1878 bij het beschrijven van de temporale bot van een patiënt die na het vallen van de wagen zijn gehoor verbeterd vinden dat het een breuk in de storm. Holmgren in 1923 behandelde patiënten met otosclerose creëren van één Fenestra in de horizontale kanaal en bedekken met mucoperiosteum. Chirurgie van Fenestra van het horizontale kanaal werd gepopulariseerd door Lempert in 1940 en later verfijnd door anderen, waaronder John House.

Ondanks de aanvaarding van de techniek van Fenestra, zelden was ze succesvol om de kloof van bot-lucht gehoor helemaal dicht, en had een 2% hoger risico op het veroorzaken van ernstig perceptief gehoorverlies. In 1950 voorgesteld Samuel Rosen de mobilisatie van de stijgbeugel, die het voordeel van het genereren van onmiddellijke verbetering in het gehoor had en volledig sluiten van de kloof in de meeste patiënten, vervolgens detecteren dat de vaststelling van de steun wordt weer opgewekt in alle gevallen. In 1956 maakte John Shea de eerste stapedectomie, die de ovale venster met een ader graft en het gebruik van een nylon kunstmatige stijgbeugel om het ovale venster aambeeld.

Siebenmann in 1912 bedacht de term die verwijst naar de labyrintische otosclerose otosclerose foei dat de otic capsule van het slakkenhuis en het labyrint gehuld. Hij stelde dat de labyrintische otoeslcerosis kan resulteren in perceptief gehoorverlies.

http://sieplex.com/author/bauke-dievoet

Spreker gezocht?

Twee weken geleden stond ik in het Spant! Bussum, het hele theater vol met collega’s uit het land, een boeiende lezing te geven over psychoakoestiek.

Voor mij persoonlijk was dit publieke optreden de laatste trede die ik nog te nemen had in mijn hele traject in het “overwinnen” van mijn spreekangst.

Een traject van vele jaren trainingen, cursussen, oefenen en “het gewoon doen”. Met kleine stappen steeds meer vooruitkomen. Om dan nu daar in het mooie theater in Bussum, het podium te nemen en het publiek een cadeau te geven. Want dat is wat je doet in public speaking. De kennis die je de ander geeft is als een cadeautje dat je weggeeft.

En het is zo leuk om cadeau’s te geven en te zien hoe iemand daar blij van wordt.

Daarom zou ik dit nu vaker willen, het spreken in het openbaar. Storytelling.

Meerdere onderwerpen die ik als thema voor een lezing kan geven:

1. Mijn vak audiologie, met name de psychoakoestiek. Wat doet iemand met geluid? Hoe werkt ons hoorsysteem? Waarom hoort de één Laurel en de ander Yanny? Wat gebeurt er in dat brein? Van het bewegen van het trommelvlies tot aan de auditieve cortex uitgelegd aan de hand van optische illusies, auditieve illusies die vaak nog zo onbekend zijn. Een leerzame lezing over het horen.

2. Mijn carrière als professioneel kunstenaar. Een inspirerend verhaal waarin als rode draad door dat verhaal uiteindelijk de twee beroepen audioloog en beeldend kunstenaar elkaar weten te vinden.

Art meets Science.

Mijn reis naar Californië. Het kunstproject in het museum of the living artist. De plek waar het kunstenaar durven zijn geboren wordt. Het park waarin dat museum te vinden was, Balboa Park. Waar ik zelfs de foto van mij, ooit gemaakt door mijn broer Jean, terugzag in het museum of Science. Ik als fysicus daar op de foto bij een opstelling over DNA te zien, met als boventitel; the doctor of the future.

3. Mijn traject welk ik gegaan ben om mijn spreekangst te overwinnen. Ik kan nu gewoon voor een hele grote zaal staan vol met kritische collega’s en mijn verhaal vertellen, zonder rood te worden, zonder de brok in mijn keel die spreken onmogelijk maakte.

Van een sociale fobie op mijn 18de tot nu professioneel spreker. Die reis, die persoonlijke reis die ik gemaakt heb, wil ik graag delen. Om mensen te inspireren en kracht te geven dat elke angst te overwinnen is. Het niet makkelijk zal zijn, maar wel mogelijk. Dat je daarbij het niet alleen hoeft te doen, maar jij het wel zelf moet doen. Zonder de bergen te beklimmen kun je de toppen niet halen. Zonder gidsen weet je de weg niet te vinden. Maar enkel al de weg die je gaat, die weg kan al heel bijzonder en mooi zijn. Het is niet enkel de moeite waard om het doel te bereiken. Het pad daarnaartoe kan zelfs nog mooier zijn. Dit is een heel persoonlijk verhaal, maar het heeft mij gemaakt wie ik nu ben. Ik had het daarom niet willen missen, zelfs niet die dalen waar ik doorheen moest gaan. Net die dalen hebben mij de lessen gebracht om te leren. Die lessen wil ik heel graag delen om vooral mensen die spreekangst hebben met dit verhaal de weg te wijzen die ze kunnen gaan om ook die berg te beklimmen, misschien via een makkelijker pad dan ik gegaan ben, maar om uiteindelijk wel op dezelfde top met dat prachtig uitzicht aan te komen.

Een inspirerend zeer persoonlijk verhaal.

4. En dan als laatste voorbeeld mijn twee passies; Kunst en tinnitus. Meerdere genieën uit de geschiedenis werden getergd door gehoorverlies en tinnitus. In de kunstwerken en muziekstukken zijn de sporen terug te vinden waar deze meesters mee te maken hadden. Vincent van Gogh die zijn oor afsnijdt. Beethoven die volledig doof werd en zijn eigen symfonieën niet meer kon horen. Munch met De Schreeuw.

De mens alleen al is een kunstwerk op zich.

Het verhaal van deze bijzonder mooie mensen vertelt vanuit de werken die zij maakte, de schilderijen waar je de strijd in ziet, het vechten tegen de tinnitus, het ernstige gehoorverlies. In een symfonie van Beethoven zelfs te horen. Hij wil het zo graag delen met de wereld. De impact die zijn verlies van het gehoor en de tinnitus heeft op zijn werk, zijn leven, zijn zijn. Een aangrijpend verhaal achter al deze kunstenaars.

Dit zijn verhalen die ik graag wil delen, mensen hiermee wil inspireren, anders te laten denken, anders te laten kijken. Naar hoe mooi de mens is. Wij als mensen hebben de mogelijkheid om over zaken na te denken, het met elkaar erover kunnen hebben, elkaar kunnen horen, maar nog beter elkaar verstaan. In al deze lezingen komt een aspect naar voren, waar je ook vandaan komt, welke achtergrond of nationaliteit, geloof, rang of stand je ook hebt, al dit speelt voor iedereen.

De mens op zich is al een kunstwerk.

Spreker gezocht voor een event, congres of college?

In een vrijblijvend gesprek kunnen we samen bekijken wat mogelijkheden zijn en wat er gewenst is qua tijd en inhoud van de lezing.

Voor meer informatie mail me:

info@dyonscheijen.nl

Vincent van Gogh – zelfportret met verbonden oor

En dan Vincent van Gogh, wat een verhaal is dat. Geboren 30 maart 1853. Overleden 29 juli 1890.

37 jaar en vier maanden jong. Pas vanaf zijn dertigste echt met zijn kunstcarrière begonnen. Ruim 800 kunstwerken. Gemiddeld moet hij in de laatste fase van zijn leven vier werken hebben gemaakt op één dag. Zijn briefwisselingen met zijn broer Theo geven zo veel inzichten in hoe het leven voor hem was, negenhonderdenacht brieven. Maar nog zo veel vragen die blijven bestaan.

Uiteraard wist ik van zijn oorincident. Maar waarom sneed hij zijn oor af? Was het het gehele oor? Welk oor? Had Van Gogh Ménière? Evenwichtsklachten, die lijken alsof hij heel veel gedronken had. Misverstanden uit zijn omgeving? Een arme man die als dorpsgek werd versleten, door omwonende werd gezien als een bedreiging en zelfs officieel via de politiek getracht werd hem weg te krijgen.

In werkelijkheid was hij een groot genie als kunstenaar, een zeer gevoelig mens, met oog voor details. Genoot van de dingen om hem heen. Respect had voor de “gewone” dagelijkse taferelen in het leven. Het boeren leven. De aardappeleters, een van zijn eerste grote werken. Uren voorstudies gemaakt, schetsen, om dan in 1885 dit werk te maken, toen heel veel kritiek kreeg en nu anno 2018 dit kunstwerk in de top tien staat van een van de duurste en bekendste schilderijen ooit.

Vincent van Gogh, een man met een groot hart en enkel maar één doel, een succesvol kunstenaar te kunnen worden. Maar door zijn ernstig gehoorverlies in een sociaal isolement was geraakt. Moeilijk met mensen kon praten, daardoor ook als moeilijk in omgang werd gezien. Waarschijnlijk een misverstand bij velen dat hij moeilijk was. Integendeel had hij een hart van goud.

Misverstanden? Ménière? Zijn druk op het oor zo ondragelijk werd dat hij er zelf met een mes aan de gang ging?

Ook bij Van Gogh zien we dat vanaf die periode van zijn ziekte hij een andere stijl in zijn kunstwerken ontwikkelde.

Vincent kon geen modellen betalen, dus gebruikte hij zijn eigen hoofd regelmatig als model. Veertig zelfportretten maakte hij, waarvan twee in de periode dat hij oorproblemen had.

Een heel boek is er onlangs geschreven over het verhaal achter het oorincident. Wat heeft er die nacht voor kerst 1889 in het Gele huis plaatsgevonden? Waarom bracht Van Gogh zijn oor daarna na een dame midden in de stad? Wie was zij? Wat had Gauguin hiermee te maken? En dan Vincent’s overlijden? Was het zelfmoord? Of is hij per ongeluk in zijn buik geschoten?

Bernadette Murphy, een voormalig geschiedenis docent, nu al jaren woonachtig in de buurt van Arles heeft het helemaal uitgezocht. In een soort van dagboek beschreven, het hele proces, de zoektocht die zij gemaakt heeft. Boeiende verhalen, mooie plekken, met enige fantasie waan je je af en toe in Frankrijk. Terug in de tijd. En sta je naast Van Gogh. Ben je er bij, begrijp je nog beter, wat voor een bijzonder mooi mens hij was. Met dat ene doel voor ogen; een groot kunstenaar te worden en een inspiratiebron voor anderen te zijn. Dat doel heeft hij bereikt. In de hoop dat hij dit toch nu zo ook ervaren heeft, vind ik troost in alle mooie werken die hij ons heeft nagelaten.

Verslag van mijn bezoek aan het Van Gogh museum.

Fransico de Goya – De slaap van de rede brengt monsters voort

De volgende kunstenaar in het kader van de lezing “Art meets Science: tinnitus besproken vanuit een brug tussen kunst en wetenschap”, Francisco José de Goya (1746 – 1828), ook hij had aan het eind van zijn leven te maken met een ernstige slechthorendheid. Geen audiologisch centrum die hem toen kon helpen. Hij geraakte dan ook langzaam in een sociaal isolement en kon op het einde met niemand meer praten. Met daarbij een ernstige tinnituslast die vooral ‘s nachts parten speelde.

Zijn hele stijl van schilderen veranderde nadat hij door een ernstige ziekte in 1792 volledig doof was geworden. Zijn doofheid had grote invloed op zijn manier van schilderen. Hij was meer afgesloten van zijn omgeving en zijn fantasie ging een grotere rol spelen in maken van zijn kunst. Daarnaast bestudeerde hij mensen door zijn doofheid op een afstand, wat tot kritische en satirische observaties leidde. Zijn nieuwe stijl was zeer opvallend voor die tijd en lag dicht tegen wat we nu kennen als de karikatuur. Toen in die tijd een doodzonde. Maar Goya trok zich daar niets van aan. In zijn portretten schilderde hij zijn modellen zoals hij ze zag. Zijn religieuze fresco’s werden van een zeer aards realisme, ongekend in die tijd.

Voorheen was zijn stijl romantiek en maakte hij vele portretten voor adel en kerken. Dat gaf hem ook veel roem en aanzien.

Maar na zijn ziekte werd zijn stijl donkerder, kritisch en satirisch, dit was tegen het zere been van adel en regering.

Zijn meest bekende werk Los Caprichos zijn hiervan een mooi voorbeeld. Print nummer 43, die eerst de omslag zou zijn van deze verzameling prenten, werd door Goya aangepast, omdat hij bang was dat er dan meteen kritiek zou zijn en mensen nog niet eens zouden gaan kijken naar de andere platen in het boekwerk. Uiteindelijk is zijn bekendste zelfportret de omslag geworden en is print 43 in de verzameling opgenomen.

 

Print 43.

De slaap van de rede brengt monsters voort, El sueño de la razón produce monstruos. Een zelfportret waar hij probeerde om slaap te vinden en dat niet lukt. Waarschijnlijk dat Goya in zijn slaap werd getergd door zijn tinnitus.

Goya geraakt door zijn doofheid in een sociaal isolement. Kan geen les meer geven op de universiteit en gaat aan het eind van zijn leven op 72 jarige leeftijd in het huis wonen dat al de naam had “Quinta del Sordo”, “Het huis van de dove”. Voorheen had er al een man gewoond die doof was.

kunst-thema-028.jpg

Hier maakte Goya een aantal wandschilderijen, murals, die later bekend zouden worden als Goya’s zwarte schilderijen. Meer informatie hierover.

Dat Goya doof was en gebruik moest maken van ondersteunende gebaren, blijkt uit een tekening die de meester maakte in 1812, “Handfiguren”. Gebarentaal was toen nog geen algemeen goed.

Schermafbeelding 2018-06-03 om 09.41.54.png

De volgende kunstenaar Vincent van Gogh.

Wordt vervolgd.

Jheronimus Bosch – Tuinen der lusten

Mijn lezing “Art meets Science: tinnitus besproken vanuit een brug tussen kunst en wetenschap” begint bij “ De Tuin der Lusten” van Jerhonimus Bosch, die in de 15de eeuw leefde in ‘s-Hertogenbosch, geboren circa 1450, circa want van het begin van zijn leven is maar weinig bekend, zelfs zijn overlijden is niet exact bekend, wel dat Bosch begraven is op 9 augustus 1516.

“De Tuin der Lusten” een prachtig drieluik over het leven, de lusten in het leven en tevens de vergankelijkheid van het leven.

In het linker paneel het begin, Adam en Eva, het paradijs, midden paneel, het leven, de aarde, het feest, rechter paneel, de hel, alle ellende, vergankelijkheid, dood en verderf.

In dit rechter paneel is een oor te zien, twee oren doorboort met een zwaard en een pijl, pijn. Ook Bosch had op het laatst van zijn leven ernstige gehoorproblemen, dat is bekend. Misschien dat daarom niet voor niets de man die dicht bij het tafereel van het oor te vinden is, een zelfportret is? Bosch leefde in de 15de eeuw, zo weinig bekend van zijn eigen leven, vandaar dat we het nooit zullen weten.

Nu was ik bij toeval ook nog bezig met een voorbereiding voor een andere lezing voor AuDidact, een jaarlijks congres voor alle audiciens in Nederland. De titel van de lezing die ik daar ga geven; Psychoakoestiek, hoe gaat iemand om met geluid? De complexiteit van ons brein. Om dit duidelijk te maken maak ik gebruik van optische illusies en zo maak ik een bruggetje naar akoestische illusies, hier een samenvatting van die lezing.

Maar nu kwam ik vandaag bij puur toeval het volgende tegen. M.C. Escher, de kunstenaar die wiskundige figuren en natuurkundige aspecten gebruikte als inspiratie voor zijn kunstwerken. Een kunstenaar met een zeer eigen stijl en die nog nooit een andere kunstenaar had gereproduceerd in zijn werk, behalve één! Jeroen Bosch. En dan precies ook dat deel uit “De Tuinen der Lusten” wat ik er uit hebt gepakt om het oor te laten zien. Maar door dit kunstwerk van Escher zie ik ook echt nu pas de “Boommens” in het kunstwerk van Bosch. Met daarbij het hoofd van de kunstenaar zelf als zelfportret, meerdere kunsthistorici die hierover geschreven hebben. Sterker nog, nu past nog meer mijn hypothese dat het oor met het zwaard en de pijlen een verwijzing zijn naar tinnitus, wel of niet bij Bosch zelf aanwezig.

Hier een link naar het werk van Escher.

Een verklaring die Escher zelf min of meer geeft is dat in deze periode van zijn leven, wonende in Zwitserland, hij en zijn vrouw nogal depressief werden door de witte sneeuw en koude in dat land. Zij waren met het hele gezin verhuisd van Italië naar Zwitserland. Zijn inspiratiebron was weggevallen. De repeterende figuren in Italiaanse potten. Bloempotten en pannen uit de méditerranée waren er niet meer. Nu was het enkel veel wit van de sneeuw.

En jaren daarvoor had Escher een expositie van Bosch gezien, met vooral De Tuinen der Lusten nog in herinnering. Maar waarom dan specifiek dat deel van het doek? Waarom aandacht voor ook dat oor? Bijzonder. Zou Escher ook tinnitus hebben gehad?

Ga ik een andere keer onderzoeken, nu eerst de volgende kunstenaar die ik op mijn lijstje had staan, Fransico de Goya.

Wordt vervolgd.

Kunst en tinnitus

Begin dit jaar werd ik gevraagd om een lezing te geven op de studiedag tinnitus bij de Vereniging voor Gedrags- en Cognitieve therapieën, VGCt, 15 juni aanstaande. De vraag was of ik een boeiende lezing zou kunnen geven, die vooral ook nog op het eind van de dag de interesse zou kunnen prikkelen van de aanwezigen.

Ooit geleerd van een TED-talk dat een boeiende lezing op vier elementen rust. Deze vier elementen vormen samen het woord HAIL:

Honesty, be clear and straight

Authenticity, be yourself

Integrity, be your word

and last but not least

Love, wish them well.

Al deze elementen in één lezing? Dan kom ik al gauw uit op een lezing over kunst gerelateerd aan tinnitus.

Kijken naar kunst is zo iets boeiends, zeker als je op details let. En ik wist uit al die jaren dat we in ons centrum onze tinnitus informatiebijeenkomst geven, dat er net ook heel veel kunstenaars zijn die een groot deel van hun leven getergd werden door gehoorklachten en met name doofheid en tinnitus. Vincent van Gogh en Ludwig von Beethoven, zij zijn hierbij het meest bekend, ook bij het grote publiek.

Naast de verwondering voor kunst heb ik mijn grootste passie gevonden in de audiologische zorg. Elke werkdag geeft zo’n voldoening om met alle kennis over het gehoor en tinnitus er te mogen en kunnen zijn voor mensen met ernstige tinnitusklachten en/of gerelateerde gehoorklachten, te denken aan misophonia, hyperacusis, Ménière, Laag Frequent Geluid.

Audiologie is zo’n mooi en boeiend vakgebied, waarin nog zoveel onbekend is en waar met steeds nieuwe inzichten mensen echt te helpen zijn. Dankbaar zijn dan ook de patiënten als je ze op het spreekuur kunt duidelijk maken wat wij vanuit ons tinnitusteam voor hun kunnen betekenen, die dankbaarheid, dat vertrouwen in ons, dat is een groot recht. Elke werkdag weer ervaren we dat in ons team.

Gehoor is in de basis de essentie van ons mens zijn.

“Nicht sehen trennt die Menschen von Dingen. Nicht hören trennt die Menschen von Menschen.” Immanuel Kant.

Dat wij met elkaar kunnen praten maakt dat we mens zijn. In woorden kunnen vertellen wat er speelt, hoe mooi iets is. Schrijven is ook al een mogelijkheid van communicatie. De woorden die je nu hier leest, maakt dat ik je kan vertellen wat ik zie, wat ik voel, wat ik beleef, hoe ik de wereld zie. De woorden “klinken” in jouw gedachte.

Maar het gesproken woord is veel krachtiger. Emotie komt er dan nog bij, intonatie, klankkleur, stiltes. Zelfs die stiltes kunnen een enorme power hebben.

Met woorden kun je kunst beschrijven, zonder woorden zou kunst niet bestaan. Enkel door erover te spreken, te weten wat er achter het kunstwerk zit, pas dan kan vaak de echte waarde van kunst worden geschat.

Kunst op zich is iets heel bijzonders, kunst maken, kunst kijken, de kunstwereld, ook daar ligt zeker mijn hart.

Beide werelden, zowel de audiologie, als ook de kunst, staan voor een groot deel op het fundament van de psychologie. De psychologie van de mens, gedachten, emotie, gedrag. Het leven.

De psychologie in de kunstwereld, waarin de waarde van kunst enkel iets menselijks is. De geschiedenis, de verhalen, die het kunstwerk kunnen maken tot vrijwel onbetaalbare kunst. De materiaalwaarde bijna nul kan zijn, maar er bij een gerenommeerd veilinghuis miljoenen voor worden betaald, kunst.

En de audiologie, met alles wat ons mens maakt. Elkaar horen, maar vooral aanhoren. Een luisterend oor zijn kan van onschatbare waarde zijn.

Honesty, authencity, integrity and love.

Mat al deze elementen van HAIL in zicht begon ik al vrij vroeg dit jaar met het verzamelen van allerlei informatie over schilderijen, kunstenaars, muziekstukken en componisten. Kunstwerken die ons iets zeggen over het leven van de kunstenaar zelf. Maar dan met name de periode en de impact die gehoorverlies en tinnitus had op het leven van de kunstenaar.

De meest interessante heb ik er uit gehaald en ga ik deze lezing verder vorm geven.

Maar er zitten hier zo veel boeiende nieuwe inzichten in en zaken die ik ontdekt heb, die ik graag met jullie hier wil gaan delen.

Wordt vervolgd.

Jheronimus Bosch – Tuinen der lusten