Antwoorden op grote vragen

Stephan Hawking.

Wat een held. Wat een vooruitziende blik. Wat een creatieve geest om verder te kijken dan wat wij mensen voor ogen hebben.

Antwoorden op grote vragen. Nee, Dé antwoorden op dé grote vragen, is de titel van een boek dat verplichte literatuur zou moeten zijn op scholen. Want de kern van alle grote vragen ligt in dit boek verborgen.

Meerdere inzichten die mijn eigen brein prikkelde om met een ander perspectief naar de huidige wereldproblematiek te kijken.

Één hiervan is deze:

“Het is een heerlijke tijd om in te leven en onderzoek te doen in de theoretische natuurkunde.

Ons beeld van het heelal is de afgelopen vijftig jaar enorm veranderd en ik ben blij als ik daar een kleine bijdrage aan heb geleverd.

Een van de grote onthullingen van het ruimtetijdperk is het perspectief dat de mensheid op zichzelf heeft gekregen.

Als we de aarde vanuit de ruimte zien, zien we onszelf als een geheel. We zien de eenheid, niet de verschillen.”

We zien de eenheid, niet de verschillen.

Laat dat nu ook in het conflict Palestina en Israël gelden. Wie kan daar nog een antwoord op vinden? Op een conflict dat al jaren duurt en waar geen touw meer aan vast te knopen is.

Maar dat geweld geen oplossing kan en mag gaan zijn, dat moge uit de geschiedenis wel duidelijk zijn.

Een antwoord op dit conflict is er niet, maar dat de mensheid, ons toekomstig bestaan vooral voor onze kinderen en straks kleinkinderen wordt bedreigd door vele risico’s die op ons afkomen, ook dat is ons allemaal al bekend.

Klimaatverandering. Het opraken van levensbelangrijke grondstoffen. Politieke en geologische vluchtelingen. Oorlogen. Al dit zijn grote risico’s voor het voortbestaan van dit kleine planeetje Aarde.

Nog nooit heeft de mens zo veel kennis van zaken gehad, nog nooit heeft de mens zo dicht bij een Armageddon geleefd als nu in deze tijd.

We kunnen onze ogen blijven sluiten voor dat wat voor ons van levensbelang is en enkel aandacht houden voor entertainment en “gekkigheid” (lees idiote YouTube video’s en influencers die jongeren “inspireren”), maar de tijd dringt.

Grote wetenschappers die naam en faam hebben verdiend met keihard werken en met passie onderzoek hebben verricht in de wetenschap roepen al jaren voor aandacht voor net dat wat er in ons leven toe doet.

Stuk voor stuk schrijven deze grootheden pleidooien voor een verandering in ons denken en doen.

In de hoop dat zij geen roepende mogen gaan zijn in de woestijn. Deel ik dit pleidooi van Stephan Hawking. Maar zou ook de laatste roep van Wubbo Ockels, een van de Nederlandse astronauten hier aan toegevoegd kunnen worden. Op zijn sterfbed geeft hij met letterlijk zijn laatste adem een adembenemend pleidooi.

Het komt er bij beide in het kort hier op neer: Wetenschap en met name onze mogelijkheid om kennis te toetsen, te delen en om van te leren, is van essentieel belang voor het voortbestaan van de mensheid.

En als ik nu lees dat een raket die Israël vanuit de Iron Dome afvuurt een waarde heeft van $50000,- dan gaat er nu weer heel veel geld verloren aan iets dat zeker geen bijdrage levert aan een verbetering van de kansen voor ons voortbestaan.

De Doomsday Clock staat al op 100 seconde voor middernacht. En de secondes tikken weg.

https://thebulletin.org/doomsday-clock/current-time/

Hawking windt er geen doekjes om, met Trumpiaanse politiek, de strijd om macht waarin ieder voor zich en God voor ons allen hoog in het vaandel staan, met die spirit gaan we de mensheid niet redden.

Stephan Hawking is er niet meer. Maar zijn kennis en kunde leven voort in boeken, geschreven woorden.

Kennis. Hét DNA, zoals hij zelf in dit boek beschrijft, dat we kunnen doorgeven aan onze kinderen. Waarbij kinderen in deze niet per se onze eigen biologische kinderen zijn, maar meer ieder die ons lief is.

Dit verder denkend, zou de liefde die we voelen voor dat wat mens heet, ook de liefde kunnen zijn voor alles wat bestaat.

Even een gedachteoefening: stel dat Doomsday straks werkelijkheid wordt, ik bedoel, met alle kennis van nu is die kans heel erg groot. Zoals het er nu naar uitziet gaan we drie generaties niet meer redden. Dus de kleinkinderen van de huidige kinderen gaan het meemaken. Het einde van het bestaan. Aarde “game over”. Weg. Niets meer van al dit. Het heelal zal nog bestaan, maar niemand meer die een lied schrijft over een zonsondergang. Niemand die een gedicht schrijft over de liefde die die voelt voor een ander. Niemand meer die een prachtige foto maakt van wolken in de lucht. Niemand meer die kan navertellen hoe mooi het leven is.

Niets van dit alles kan nog worden doorgegeven of gedeeld.

Ik weet zeker dat ieder mens iets moois heeft om door te (willen) geven. Dat zit in ons natuur. Daar is ons hele bestaan op gebouwd. Dat is ook wat we kost wat kost willen vasthouden en niet willen verliezen.

Een Palestijns gezin dat uit huis wordt gezet, waar ik zie dat de jonge dame vooral voelt de geschiedenis die zij daar op die plek heeft beleefd. Haar vader die eigenhandig die plek groot heeft gemaakt. Haar stukje dat zo belangrijk is, wil zij kosten wat kost behouden en doorgeven aan haar kinderen.

Stephan Hawkings levenswerk om antwoord te vinden op de vragen over vooral die zwarte gaten in het heelal, alle kennis van de natuurkunde, ook die kennis wil hij kosten wat kost doorgeven aan zijn kinderen.

Niet voor niets dat het slotwoord in dit boek geschreven is door zijn eigen dochter. Zij heeft het gezien, zij heeft het meegekregen, dat wat zo belangrijk is in dit leven.

Respect voor dat wat ons mens maakt. De kansen die ons gegeven zijn. De kracht en mogelijkheden wij hebben zijn zo groot, enkel is het van groot belang dit alles zo in te zetten dat wij er allemaal iets aan kunnen hebben.

En dan sluit zij af met een heel belangrijk klein detail. Het boek is een verzameling van een aantal artikelen die haar vader in de laatste jaren van zijn leven nog heeft geschreven. De zin die ik net er uit heb gehaald bevat een belangrijk detail wat haar vader bijzonder groot heeft gemaakt.

“Ons beeld van het heelal is de afgelopen vijftig jaar enorm veranderd en ik ben blij als ik daar een kleine bijdrage aan heb geleverd.”

Stephan Hawking: “Ik ben blij als ik daar een kleine bijdrage aan heb geleverd.”

Hoe bescheiden iemand kan zijn die zo groot is.

Zijn grootste wens was om anderen te inspireren en vooral de wetenschap boeiend te maken voor volgende generaties.

Ik hoop vurig dat er genoeg jongeren zijn die de wetenschap zien als het belangrijkste goed om door te mogen geven.

In de hoop dat we het tij kunnen keren.

De vlinder

Als reactie op een bericht op LinkedIn hier een metafoor om met angst en pijn om te gaan.

Met de kennis vanuit ACT, maar bij toeval ook een coachingstraject ik zelf nu volg bij Joyce Scheijen.

Want angsten weerhouden ons vaak ook om net dat te doen waar we door zouden kunnen groeien.

Vanuit ACT weet ik nu dat die angsten meestal gevoed worden door strenge regels. Regels van vroeger. Regels die wellicht anderen hebben opgelegd. Regels vanuit de maatschappij, geloof of gewoon opvoeding.

Sommige regels zijn nodig, maar er zijn er ook die af en toe gebroken mogen worden. Net daar is een professional die je kan helpen hoe daar een beste weg in te vinden is.

En die weg is best moeilijk. Zeker als er al jaren strenge regels zijn. Maar vanuit ACT heb je mooie handvatten om daar op een respectvolle en waardevolle manier mee om te gaan. Alleen dat kost tijd, dat gaat niet zo maar.

Onlangs een prachtige metafoor van Joyce mogen ontvangen:

Een jonge dame vindt een dikke rups op straat. De rups zou overreden worden als ze hem niet van straat had geplukt. Ze neemt de rups mee naar huis en zet hem in haar tuin. Na een tijd wordt de rups een cocon en al snel ziet ze dat vanuit de cocon een grote vlinder ontstaat. Ze ziet al kleine scheurtjes en daardoorheen de prachtig mooie kleuren op de vleugels.

Het duurt al dagen dat die vlinder uit die cocon probeert te komen. Het lijkt wel een gevecht waar de vlinder niet van kan winnen.

Ze vindt het zielig en gaat de vlinder een handje helpen. Met een klein mes maakt ze de scheurtjes wat groter en zo lukt het de vlinder om er nu heel makkelijk uit te komen. Verlost van het gevecht.

Maar dan, dan ziet ze dat de vlinder de kracht in de vleugels mist en niet kan vliegen. Ze kan wel de kleuren op haar vleugels zien, maar vliegen kan ze niet.

Later blijkt dat dat gevecht om uit die cocon te komen vanuit de natuur nodig was om de spieren in de vleugels te trainen. Dat gevecht is zelfs nodig om kracht te vinden en daarna te vliegen, de wijde wereld in.

Net zoals in die natuur is ook bij de mens vaak een strijd nodig om kracht te vinden. Kracht die enkel te verkrijgen is door eerst het gevecht aan te gaan, hoe moeilijk dat gevecht ook lijkt. De makkelijkste weg is het om die pijn of angst weg te nemen. Uit de weg te gaan. Te vermijden. Maar soms is die die angst of pijn nodig om, cliché, steker van te worden.

Maar het is dus ook nodig dat er een professional is, iemand die kennis van zaken heeft en weet welk gevecht nodig is om die kracht te vinden. Iemand die wellicht steun kan geven, richting geeft aan of bescherming biedt. Zodat het gevecht kan plaatsvinden in een veilige omgeving.

Bij de vlinder was die plek op straat niet veilig. Die tuin wel. De rups meenemen naar de tuin was wel de goede hulp. Het opensnijden van de cocon niet.

Deze vlinder hier besproken is enkel een metafoor. Dus geen mogelijkheid om hier een andere wending aan het verhaal te geven. Of toch? Heb jij een idee hoe deze vlinder toch uiteindelijk nog kan gaan vliegen? Laat het me weten in de comments, ik ben benieuwd.