La Sagrada Familia en het Glaspaleis

Ter voorbereiding van een boekpresentatie was ik vandaag in het Glaspaleis in Heerlen. Een uitzonderlijk architectonisch gebouw. Om te laten zien hoe ingenieus de constructie is, staan er een aantal maquettes in de bibliotheek. In deze maquette (foto: maquette Jos Dreissen) kun je heel goed het geraamte zien, de basis waarop dit alles gebouwd is. Het gehele gebouw steunt namelijk enkel op de pilaren die in het midden te vinden zijn.

Dit is zo ingenieus bedacht, toen in 1933, door de Heerlense architect Frits Peutz. Normaal bouw je een huis of een gebouw op vier muren. Hier is enkel glas aan de buitenkant, geen muren. Vandaar ook de naam Glaspaleis. Sowieso, kijk eens naar die hoeveelheid aan glas. Dat is echt ongelofelijk.

En dan die pilaren, de vorm, een zo natuurlijke vorm. Ze laten mij meteen denken aan de pilaren in de La Sagrada Familia van Antonio Gaudí, Barcelona. Het meest indrukwekkende gebouw ik ooit heb mogen aanschouwen. Het verhaal erachter, het leven van de kunstenaar zelf, Antonio Gaudí, boeken zijn er over geschreven. En al die andere creaties die hij heeft ontworpen en gecreëerd stuk voor stuk kunstwerken.

Gaudí heeft zijn dromen tot leven kunnen maken. Zo veel ingenieuze ideeën en plannen die mensen kunnen hebben, maar je moet ze ook maar waar kunnen maken. Gaudí deed dat in een tijd waarin dat eigenlijk onmogelijk was, begin 19de eeuw.

Zou Peutz geïnspireerd zijn door het werk van Gaudí?

Gaudí overleed in 1929 bij een verkeersongeval met een tram, midden in de stad. La Sagrada Familia was het laatste grote werk waar hij op dat moment aan het werk was. Een levenswerk, anno 2018 wordt er nog elke dag aan gewerkt, de bouw is nog lang niet af. Oplevering is gepland in 2026.

Gaudí was in die tijd al wereldberoemd. Het zou zo maar kunnen dat in die jaren dertig Peutz al een bezoek had gebracht aan dit bijzonder architectonisch kunstwerk in Barcelona. En hij in die periode geïnspireerd is geraakt en zo het Glaspaleis ontwerpt?

Een prachtig ontwerp trouwens, Schunck*, het Glaspaleis, de eenvoud, maar toch zo magistraal, op de een of andere manier zag ik het gisteren pas. Wat een bijzondere plek dat is.

Nu ik het hier zo schrijf bedenk ik dat het mij pas zichtbaar werd doordat Saskia Boer mij een rondleiding gaf. Zij is de schrijfster van het boek “Mam hoort weer!”. Haar debuut. Woensdag gaat ze dit boek aan het grote publiek presenteren. Zij zelf werkt in het Glaspaleis, in de bibliotheek en in het museum. Trots liet zij mij dit alles zien, zij vertelde mij ook van het glas en het verhaal van de pilaren. Pas toen zij mij dit alles vertelde zag ik het.

Saskia is ernstig slechthorend tot zelfs audiometrisch doof. Daarover schrijft ze ook in haar eerste boek. Een aangrijpend verhaal over een ernstig slechthorende moeder en haar goedhorende dochter. Zo helder en fijn geschreven dat het een mooi verhaal is om te lezen. Drempelverlagend, zij laat de lezer zien hoe complex het is om in deze horende wereld slechthorend of zelfs doof te zijn. Het onbegrip, het onzichtbare, de impact op het leven.

Saskia heeft een cochleair implantaat, een bionisch oor. Zonder dit hulpmiddel hoort ze dus helemaal NIETS. Met het cochleair implantaat, het CI, hoort ze wel, maar dan nog steeds als slechthorende. Vandaar ook dat zij meer visueel ingesteld is. Tijdens de rondleiding die Saskia mij gaf, lag er een papieren propje op de trap, zij zag het en raapte het op, om het later in de prullenbak te gooien. Zij zag het, ik niet.

Zo liet zij ook mij door haar ogen zien, hoe mooi die plek daar is, het Glaspaleis, hartje Heerlen. Ik ga er binnenkort een hele dag naar toe, het museum, de bibliotheek, je kunt er zo een dagje doorbrengen. Heb er nu zelfs twee mensen werken die ik ken, Saskia Boer en mijn eigen grote neef Hub Pieters. Ook hij is een bijzonder mooi mens, belezen en een groot dichter, schrijver van al enkele boeken én muziekliefhebber. Dank zij hem is mijn liefde voor muziek ontstaan. In de jaren tachtig werd ik regelmatig samen met mijn twee broertjes naar ome Giel en tante Mien gebracht. In de vakantieperiode, op het moment mijn ma in het ziekenhuis ging werken werden wij naar Heerlen gebracht. Daar verheugden wij ons dan op, op de grotere neven die zo’n tien jaar ouder zijn. Zij hadden platenspelers en grote posters aan de muur. Muziek was hun passie. Yes, Marillion en The Alan Parsons Project. En laat net nu die laatste groep een prachtig muziekproject gemaakt hebben rondom Antonio Gaudí. Een muzikale ode aan een groot kunstenaar.

Mooi is, dat dit muzikale project pas later is uitgekomen, in de tijd dat de compact disc door Philips was ontwikkeld en werd geïntroduceerd. De CD was toen nog zo nieuw. Er was zelfs een radioprogramma waarin elke week de laatste CD’s werden gedraaid die dan in die maand waren uitgekomen. Brothers in Arms van de Dire Straights is denk ik toen zo bekend geworden, omdat net die CD ook de eigenschap had om absolute stilte te laten ervaren in de muziek. En de bastonen zo diep te laten klinken.

In die periode kwam Brothers in Arms op nummer 1, maar ook Gaudí van The Alan Parsons Project. Ik was verkocht.

Gaudí, is de allereerste CD die ik van mijn spaarcenten kocht.

Mijn eerste CD, ik had zelfs nog geen CD-speler. Niet veel later wel en toen heb ik die CD helemaal grijs gedraaid. Grappig, met een CD kon dat dus eigenlijk helemaal niet meer! Grijsdraaien. Maar toch, grijsgedraaid dus.

Gaudí, The Alan Parsons Project. Het zijn stuk voor stuk bijzonder mooie muzikale verhalen, maar het meest indrukwekkende is toch de intro. Ook die stem die dan kort vertelt over Antonio Gaudí en de geschiedenis van La Sagrada Familia. Dat eerste nummer op de CD heet dan ook La Sagrada Familia.

Ik was al verliefd op het gebouw voordat ik er geweest was. En nu komt nog iets heel bijzonders dat de cirkel helemaal rond maakt. Op de voorkant van het boekje dat bij de CD zat, zie je een foto van een van die trappenhuizen in La Sagrada Familia die Antonio Gaudí ontworpen had. Gaudí is gek op de natuur, vormen uit de natuur. En als je van bovenaf in zo’n trappenhuis naar beneden kijkt, dan zie je een slakkenhuis, de cochlea. De cochlea, waar dit verhaal over gaat, dit boek. De cochlea, het binnenoor. Want zonder dat binnenoor, is er geen muziek. En dan zijn we terug waar het deze keer om gaat, bewust worden van de impact die het op iemands leven heeft om niets meer te horen. Doof te zijn. Er begrip voor te hebben, rekening te houden met de beperking die een sterk verminderd gehoor geeft. Daar gaat het boek over. Een aangrijpend verhaal over iets dat de meesten zo maar als vanzelfsprekend aannemen, een goed gehoor.

La Sagrada Familia, The Alan Parsons Project

Boekpresentatie Saskia Boer

In de hoop dat het er toch toe doet

20 december 2017

“Een Mexicaanse journalist is dinsdag in de Mexicaanse deelstad Veracruz doodgeschoten toen hij de kerstviering op de school van zijn zoontje bezocht.”

Als ik naar mijn werk rij luister ik altijd BNR de Ochtendspits. Een actualiteiten programma op de radio. In het nieuws van half acht wordt deze trieste gebeurtenis deze ochtend als nieuwsbericht gebracht.

Het raakt me diep, het is de periode voor Kerst, de periode van vergeving, bezinning, er voor elkaar willen zijn. Niet voor niets dat net in deze periode allerlei acties voor goede doelen gehouden worden. Vandaar dat dit kerstgevoel er op deze woensdagochtend 20 december 2017 goed in zit. Dan komt dit bericht van die jonge vader, doodgeschoten voor de ogen van zijn 6 jarig zoontje en diens vriendjes, op de kerstviering op school, keihard binnen.

Omdat het een nieuwsbericht is, gaat het in één adem door met de voetbaluitslagen en het volgende item, het verdwijnen van de fazant. Tja, het is Kerstmis.

Alsof het bericht over de moord op deze jonge journalist zo even tussen de aardappelen en de soep door verteld wordt. Alsof het leven meteen daarna gewoon weer kan worden opgepakt. Alsof al dat waar deze jonge vader als journalist voor aan het vechten was er helemaal niet toe doet.

Kerstgedachten? Voetbaluitslagen van gisteren zijn echt veel belangrijker.

Ik kan mijn oren niet geloven. Het steekt mij zo erg dat ik de BNR redactie een reactie wil gaan sturen. Van mezelf weet ik ondertussen dat ik dingen van me af moet schrijven. Ik pak mijn mobiel en in mijn notities schrijf ik een bericht. Een bericht dat ik uiteindelijk toch maar niet verstuur, omdat ik dacht, wat maakt het uit. BNR gaat mij echt niet serieus nemen. “Dacht je nou werkelijk, Dyon, dat jij de wereld kunt verbeteren? Een druppel op een gloeiende plaat. Laat maar, dat heeft geen zin.” En zo bleef het in mijn notities staan.

Maar nu, vandaag, 14 januari 2018, amper een maand later, lijkt dit bericht toch weer actueel te gaan zijn. Opnieuw is een journalist, midden in het centrum van Mexico stad, voor de ogen van zijn familie, koelbloedig vermoord. Nieuwsbericht.

Ook hier weer een journalist die schreef over de politieke toestanden in Mexico. Opnieuw wordt ik herinnerd aan die jonge vader. Die als journalist de wereld wilde verbeteren. De wereld verbeteren ondanks het risico voor zijn leven en dat van alle geliefden om hem heen. Een jonge journalist die net een aantal dagen voor Kerst het leven laat, brut het leven wordt ontnomen, omdat hij waarschijnlijk iets belangrijks te vertellen had.

Maar zijn woorden mogen niet sterven, zijn woorden moeten leven. Voortleven. Een inspiratiebron zijn voor collega’s in andere landen waarin persvrijheid nog hoog in het vaandel staat. Collega’s die niet voor hun leven hoeven te vrezen en alles kunnen zeggen wat er ook maar in hun gedachte zit.

Voetbaluitslagen en de structuur van een programma is belangrijker dan de dood van een jonge collega?

Dat steekt, dat doet pijn, daarom dacht ik, ook al ben ik geen journalist, ik ben wel een wereldburger, ook ik maak deel uit van wat er nu hier deze wereld gebeurd, ik kan nu hier iets aan doen, door BNR een reactie te sturen.

Een kerstkaart van één van mijn vrienden uit San Diego gaat nu door mijn hoofd. Bij de kerstkaart is er elk jaar ook een inspirerend verhaal. Dit jaar het verhaal van de Starfish.

The starfish story.

One step towards changing the world.

Dit verhaal inspireert mij nu om dit blog te schrijven, het met jullie te delen en dat ik straks de stoute schoenen aantrek en dit blog als reactie ga sturen naar BNR. In de hoop dat het er misschien toch een beetje toe doet.

Dat de woorden van deze jonge journalist niet verloren gaan en zijn verhaal overal gehoord mag worden.

In de hoop dat het er toch toe doet.

Hieronder mijn ruwe notities van net voor Kerst.

Aan de redactie van BNR Nieuwsradio.

“Hoorde ik het nou goed dat in Mexico een 35 jarige journalist brut wordt vermoord op de kerstviering van zijn zoontje?!

En dat in één adem door de voetbaluitslagen worden genoemd en het volgende item het verdwijnen van de fazant is?!

Zou het een idee zijn om het gedachtengoed van die journalist te eren en er aandacht aan te geven. Is het niet zo dat het werk van een journalist zijn werk pas doet als het gedeeld wordt?

Het raakt mij diep. En het probleem van deze tijd is dat door planning, structuur, het format van het nieuws, het dan maar “gewoon” is om dit even te melden en door te gaan met de dag.

Zou Gumaro Perez, die jonge journalist, niet net nu alle aandacht moeten krijgen om dat waar hij voor stond werelds te maken?

Zou daarmee het vak journalistiek gevierd worden en vooral het verhaal hij wilde delen door velen gelezen en gehoord worden? Net dan zouden die vuile tegenstanders verliezen die hem de mond wilde snoeren, omdat meer mensen te weten komen wat deze journalist te vertellen had. Zijn woorden zouden niet sterven. Zijn woorden zouden leven. Zijn stem zou gehoord worden.

Ik hoorde in de manier waarop het bericht werd gebracht dat ook u geraakt was door dit nieuws. Ik zat zo te hopen dat alles aan regels en structuur nu even overboord werd gegooid en er alle aandacht zou zijn voor waar deze jonge man voor stond. Een heel item zou volgen over de politieke strijd in Mexico. Eer te betuigen en te laten zien, dat de dood van deze jonge man, een collega journalist, er wel degelijk toe doet. En wie weet, door te breken met al die regels en die strakke planning, anders dan andere durven te zijn, daardoor net zelf aandacht te krijgen van andere media en deze woorden zich als een olievlek over de wereld verspreiden, zelfs Mexico bereiken.

In de hoop dat het er toch toe doet, dit bericht.”