Olympische Spelen, wereldkampioenschappen voetbal, Champions League – het zijn grootse evenementen die de wereld in hun greep houden. Maar hoe vaak staan we stil bij de keerzijde van die medaille? Hoe vaak zien we het voor wat het is: een afstotelijk spel, vooral als je oog hebt voor de verliezers.
Het is wrang om te zien hoe atleten die de bronzen of zelfs zilveren plak winnen, ontevreden zijn. Niet alleen zij, maar het hele land teleurgesteld is.
Hoe zijn we op dit punt beland? Dit zijn spelen, bedacht door mensen, regels opgesteld door mensen. En toch slagen we er keer op keer in om complete naties en gezinnen erdoor in mineur te brengen. Ondanks een enorme overwinning.
Wat ooit begon als een spel, is verworden tot bittere ernst. Het is niet langer alleen maar sport; het is een strijd om de heerschappij, een gevecht waarin het lijkt alsof je leven ervan afhangt. De druk is enorm, de discipline ijzersterk en alles draait om dat ene moment van een mogelijke triomf.
En dan dat wij-zij-gevoel. Een medaillelijst die bepaalt hoeveel een land waard is? Hoeveel heeft elk land gewonnen? Maar is dat een eerlijk beeld? Met hoeveel spelers doet een land mee? Hoe makkelijk wordt die sport in dat land al beoefend? Los daarvan, wat zegt dat aantal medailles werkelijk?
Tegelijkertijd, ergens duizenden kilometers verderop, woedt er een heel andere strijd. Een strijd waarin letterlijk levens op het spel staan. Ook hier regels, ook hier verliezen. Maar de gevolgen zijn vele malen ernstiger. Ooit bedachten we regels met de belofte “nooit meer” en nu worden ze met grove schreden overtreden. Hier zijn de spelregels waarmee we zouden moeten spelen écht buitenspel gezet.
Dit is haantjesgedrag op het hoogste niveau: de machtigste willen zijn, winnen ten koste van alles, zelfs ten koste van mensenlevens.
En dan, straks wanneer het hele circus weer voorbij is, keert de stilte terug. Een doodse stilte. Wie heeft er dan gewonnen?!
Wat blijft er over? TEAM NL, met het mooiste huis, de meeste medailles? Nederland in de top 10? Wat heeft het ons echt gebracht? Het leven gaat gewoon weer door.
Kom op mensen, het is maar een spel. Laten we even stilstaan bij wat er echt toe doet in het leven.
Neem het 11-jarige jongetje, geboren in Nederland, dat voor de camera in perfect ABN pleit om hier te mogen blijven wonen samen met z’n moeder. Terwijl een minister “haar rug recht moet houden” om politiek sterk over te komen, om te laten zien dat zij die strijd wint.
Winnen of verliezen – doet dat er werkelijk toe? Waar winnen is, zijn ook altijd verliezers, vaak zelfs meer verliezers dan winnaars, zo blijkt.
Maar waar gelijk wordt gespeeld, zijn alleen maar winnaars. Want zij begrijpen wat de echte kracht van het menselijk bestaan is. Zij maken de regels waar enkel winnaars zijn.
Ja, sport kan inspireren, motiveren, kracht geven en verbinden. Maar laten we dat doen met respect, ook voor zij die elfde worden, voor zij die net niet die gouden medaille winnen. Laten we de laatste, de middelste, de minste en de kleinste vieren. Laten we zelfs de ‘loser’ de winnaar maken. Want zelfs elke loser heeft een verhaal dat hem, haar of hen een winnaar maakt.
Dat is wat sport zou moeten zijn. En dat is wat het leven zou moeten zijn. Winnen om nooit te verliezen.