Telefoneren met hoortoestellen

Vandaag mijn regulier audiologisch spreekuur. Dat wil zeggen jong en oud, plotseling gehoorverlies of al langer bestaand gehoorverlies maar steeds meer problemen met het horen. Een gevarieerd spreekuur met zoveel verschillende vragen en verhalen.

De kern is steeds het minder kunnen horen, niet meer kunnen deelnemen aan gesprekken en beperkingen in de sociale contacten. Net nu waar mondkapjes, plexiglas en afstand nemen het allemaal nog moeilijker maken.

Een aspect ik vandaag al enkele keren op het spreekuur heb gehoord is het probleem van het telefoneren bij gebruik van hoortoestellen. Een aantal patiënten die aangeven het hoortoestel uit het oor te nemen op moment ze gaan telefoneren. Als ik dan vraag hoe ze de hoorn van de telefoon tegen het oor plaatsen, blijkt dat de de hoorn, zoals gewend, tegen de gehoorgang wordt aangedrukt. Zelfs met als het hoortoestel in het oor zit.

Daarmee druk je dus eigenlijk de gehoorgang dicht en gaat het geluid vanuit de telefoon minder goed binnenkomen.

Beter is het om het hoortoestel gewoon te gebruiken, ook bij telefoneren, maar dan de hoorn van de telefoon iets hoger te houden, net boven de oorschelp. Want de microfoon van het hoortoestel zit namelijk net boven de oorschelp. Op het moment het geluid vanuit de speaker van de telefoon direct in de microfoon van het hoortoestel komt zal de versterking optimaal zijn en het geluid veel beter binnenkomen.

Ik geef steeds het advies om dit te oefenen en hiervoor een familielid of goede kennis te bellen en deze te vragen een willekeurige tekst te gaan voorlezen, zodat u dan kunt oefenen hoe de hoorn van de telefoon het beste te houden is.

Ik schrijf er deze keer maar een blog over in de hoop dat dit gedeeld wordt met zij die allemaal een hoortoestel gebruiken. Te vaak, vandaag dus op m’n spreekuur weer opnieuw, merk ik dat mensen dit niet weten, zich er niet bewust van zijn en het zo veel beperking geeft, terwijl het met een kleine aanpassing heel veel verschil kan maken. En dat gun je toch iedereen.

Net nu is communicatie op afstand o zo belangrijk.

Daarom delen mag!

De regen klettert voort

Het regent buiten, we hebben het raam een beetje openstaan, de regen tikt op het raam en op de plastic die nu in de wintermaanden buiten op de tuintafel ligt. Het regent hard, want ik hoor ook dat het water op het terras blijft staan en in de plas water die nu daar ligt klinkt het gespetter van de regen nog luider.

Al deze geluiden geven nu rust. Windgeruis hoor ik en de lamellen bewegen zelfs een beetje en tikken tegen het raam. De wind in de boom buiten, de plastic van de tafel beweegt een beetje. De kerkklok die in de verte slaat, half twaalf.

Al deze geluiden kan ik plaatsen, kan ik in woorden beschrijven, zelfs jij die dit leest zal al deze geluiden herkennen, wellicht dat je ze zelfs hoort, ook al hoor je ze niet echt. Maar deze geluiden kun je je zeker sterk herinneren van ooit die ene keer. Misschien zelfs een mooi moment van regengekletter ergens op vakantie. In een caravan of tent.

Ik ga hier zo bij in slaap vallen, wordt er heerlijk moe van, maar een jaar geleden lukte me dat niet. Toen was de dakgoot nog niet in orde, een lekkage die nog niet gedicht was en zo kon het elk moment inregenen en meer schade geven. De onrust toen hield me uit mijn slaap. Bang dat het helemaal mis zou gaan daar buiten. Als het nog harder zou gaan regenen zou het wel eens een heel groot probleem kunnen gaan geven. Een compleet andere betekenis die aan hetzelfde geluid gegeven werd. Niet makkelijk om toen aan die vakantie te denken, het als een romantisch geluid weg te zetten. Maar ik moest het wel maar gewoon toelaten, kon er het ‘s nachts toch niks aan doen. Wat was het ergste dat zou kunnen gebeuren? Het lek zat enkel boven de garage, binnen in huis zou het toch niet komen. Alles is goed gekomen.

Nu lig ik wakker, omdat dit alles zo duidelijk weergeeft hoe complex ons horen is en ik dit alles hier nu even wil delen. Dit maakt dat complexe meteen zo duidelijk. Dat we onze oren gebruiken om vrijwel continu onze omgeving te checken. Zelfs met onze ogen dicht kunnen we horen wat er allemaal gebeurt. De kleinste bewegingen in de lucht kunnen we waarnemen. Die kerkklok die daar slaat op wel een kilometer afstand kan ik horen. Een trilling die zelfs door de beweging van die geluidstrilling van de regendruppels en windgeruis heen gaat. Zelfs tegelijkertijd een activiteit in de auditieve cortex geeft en mij kan laten horen wat het geluid van de klok is en wat van de vallende regendruppel daar op de plastic die op de tafel ligt. BeWONDERenswaardig toch? Voor zo veel mensen een vanzelfsprekendheid. Heel normaal. Maar wat als je slechthorend bent? De hoortoestellen die ’s nachts uit moeten?

De klok slaat weer, één keer nu, kwart voor twaalf. Ik ga slapen. Morgen weer vroeg op. Gedachten door mijn hoofd. De regen klettert voort…heerlijk.